Deel Een
De welriekende nachtorchis is sterk achteruitgegaan
Misschien moet u wel definitief afscheid nemen van een goede, trouwe vriend: de washand.
De welriekende nachtorchis is sterk achteruitgegaan
op zoek naar rust
Zou het mogelijk zijn dat ze eindelijk haar verlegenheid te boven was?
Een met de beren. Geen blad bewoog er in de koele stilte van deze avond.
Het was angstaanjagend, een twijfelachtig leven
Een trillende knop
Er druppelde nog wat
water uit
al het leven
en onbekende
Iedereen staat
voor altijd op mijn netvlies.
waarom verberg
ik mijn emoties
Ik wil het mensen naar
de zin maken
Ook als je niets ziet, kan je leven fantastisch zijn
Ik ging naar een of meer
wespen, melk,
Ik teken ervoor
Het begin
Zijn voeten gingen trager en hij zag strak voor zich uit over de stille weg tussen de bomenrij. Bruisend kwam de wind hem tegemoet en zong in zijn oren, doch zijn gedachten waren te ver om daarop te letten.
Wie was de ander, die zijn geheim wist? Hij kon die ander overal ontmoeten en dan dacht die aan hem zoals hij was.
Die vent was absoluut krankzinnig.
De dweil in de man die soms bladzijden lang filosoferen kan om dan plotseling tot verrassing van de Slapeloze zon zijn bestaan en deze zoektocht telkens op een andere manier in kaart brengt. De hoekige zandwinningsputten van de toekomst.
Ontroerend. Alles wat mensen doen, hebben dieren al lang bedacht.
Handig, zo’n vader
Krulmos is gemakkelijk te herkennen
als een meisje van achttien.
‘Ik wilde hem aanraken, maar de trein reed het station binnen.’
Toen ik geboren werd zag ik niets.
Mijn geboorte was als alle andere.
Dat moet niet te vaak gebeuren
Het beweegt
zelfs ’s nachts
heel mijn wereld
mijn hoogte
steeds dieper
Het woeste bloed
Klok, klok
naakt meisje rond
rond op in aai
de hete brok
Ik viel bijna van mijn stoel.
Geuren spelen een rol’
Het gras telt
lastig gras
gehouden gras. Ze deed het raam open en met de vochtige frisse geur van al het jonge uitbottende leven kwamen haar nu ook de geluiden tegemoet en een angstige mus vloog snel weg met een plukje wol in zijn snaveltje.
Die nestelen alweer, peinsde ze verder. Alles leeft en hoopt, behalve ik.
De dichter
van
de zee.
gedicht met klei
– voor vrolijke brutale dagen
De waslakzwam is
troost voor de ogen
verlicht, vol welig
groeiend vlees.
Dofzwarte kever die in ons
paart met
kalkpijl
De reuzenhaan is
klein, dik en een
beetje vreemd. Maar
iedereen hield van hem
DIT IS DE WAARHEID
voor de ziel.
Het is een feit
dat wordt afgescheiden door gele
kliertjes in de bast en aan de onder-
kant van het stugge, dofgroene blad.
Alles is hier geordend
volgens het principe
van de cirkel
Hij was een tonderzwam,
een even dikke houtzwam en nog
familie ook
de schaduw van een glimlach
ademhaling. De geluiden van het leven.
En als ik ergens een hekel aan heb,
dan is het wel daar aan.
Landslak
GESPECIALISEERD IN
— Aanleg tuinen
— Binnenhuistuinen
sear - ching high and low.___
willen veel mensen alleen
de naakte maagd maria
Kan niet is dood
de geboorte van de
aardige
wilde hond
Kijk ze glimmen
Maria de modderMamma
Moeras
En
bijna dodelijk
Ze ziet geen Probleempjes
“Niet op die manier, tenminste.”
De hangmatspin was hier
Maar welk geheim omhult deze
EENZAME LES
dat geleuter
achter mijn
weelderige
kromme gok
stond nooit
stil
Was je op tijd in het park?
Hoe wil je er in volgend leven uitzien?
Gelooft u dan niet dat wat u doet misdadig is?
En wat zijn je toekomstplannen?
Bent u een makkelijke prater?
Waar geloof je in?
Wie ben je?
Moet ik elke morgen naar dat gejank luisteren?
Was deze vrouw de moeder van Rembrandt of niet?
Vind je het moeilijk om ouder te worden?
Je staat bekend als wantrouwig. Hoe kan het dat die eigenschap je niet heeft beschermd?
Rookt u?
Maar dat was toch niet nodig geweest?
Wat deed je dan in Rusland?
En die twee mannen die hier waren, toen ik aankwam?
Bent u tevreden over de maaltijd?
Overal bellen
kleine kringen
bijna oerossen, glunde-
rend naast de leermeester.
“Dit is een dag om nooit meer
te vergeten.”
Het is al laat. Erg laat. Ik lig in bed
kijk hoe haar slapende lichaam zachtjes rijst en daalt.
Dan zoeken mijn vingers je SEX
en ruik ik de doordringende SEX
THE BODILY LOCATION OF HAPPINESS
[ Haar witte broekje lag op het kussen en haar zalmkleurige
gordel lag aan het voeteneind van het bed, met de zijden kousen
er nog aan. ]
juist nú
rozen
de bizon past precies in de door de
rotsen gevormde holte.
Haar hoogste top
werd
een diep dal
Chaos en duisternis
Het centrum en de bron van al haar schoonheid
En nu zijn we volwassen en moeten we
met open ziel dezelfde alles teboven gaande
toekomst onder ogen zien en niet langer kinderen
Lieve tijd, dat kind leek wel verliefd. Met nog meer aandacht nam hij haar op, het golvende blonde haar, de kleine rode mond, de paar sproeten naast de kleine iets wippende neus en de donkere wenkbrauwboog boven de vreemd aandoende ogen.
,Kus me nog eens,’ fluisterde ze.
Ze was dronken, het arme ding.
buiten beeld
Hobbels
mijn arme
ogen
prikken venijnig
,Praat toch niet zo hard,’ zei mr. P
TOEN HIJ WAKKER werd, kon hij zich niet herinneren waar hij was,
Het zien van haar naakte lichaam was een klap in zijn gezicht.
,Waar is iedereen?’ vroeg ze ,Ze zijn allemaal weg.’
en begon te snikken.
7
Dat was een kleine taktische fout
De weg kwam uit op een stuk bos, liep rechts in een boog om een weide heen die links in een steilte verloren ging, keerde achter de weide in het bos terug en liep verder rechtuit zuidwaarts.
De streep
is terug
Lekker ding
Hij raspt, verpulvert, hakt, weegt, maalt,
die betoverend
mooie man met het zandkleurige haar
En daarna als een dier
En u bent...?
wat zwart is
Wie waren wij
wat zwart is
Wij zijn het
onfatsoenlijk goud
de man met het vreselijke kapsel
Jezus had
een minnares
zonder bloem
Hij was oranje geschilderd, maar ik
vermoedde dat er onder de verf een
moeder verborgen zat
‘Ik ben kunstenaar,’ zei hij. Hij keek me aan of het mijn schuld was.
Hij zou
zeer mensvriendelijk zijn. Dat
blijkt niet helemaal te kloppen.
‘Ik snap het al,’ zei ik. En ik snapte het ook.
‘Ken je hem goed?’
‘Ik heb hem vaak ontmoet.’
‘Subtiel verschil.’
‘Ja.’ Nancy knikte en glimlachte. ‘Vandaag heb ik ’m zijn zin gegeven. Maakt veel verschil, hè?’
‘Wil je beweren,’ zei Randy langzaam, ‘dat je uit vrije wil met die kerel geslapen hebt?’
‘Eigenlijk niet, nee.’
‘Dat dacht ik al.’
IEDEREEN STEUNT
DIE SCHOFT
...eh, bent u een vriend van hem?
,Begrijp me niet verkeerd,’ zei de man.
Honder jaar geleden was liefdadigheid heel gewoon.
‘Hebt u ook een naam?’ vroeg ik.
Zand, ei, wielen
Wat vraagt u aan
God? Genezing?
alles
mijn ogen heel veel complimenten
van andere meisjes.
Isaac Newton made up for physical weakness
by developing his mind
Voor regenwormen is het
een heel ander verhaal.
Ik ben blij dat te horen.
‘Wist je dat niet?’
Zachtjes: ‘Ja, sir.’
Bobs stem (off, van rechts) : <<>>
moeilijke feesten
Ze stond daar zo smalletjes en bedeesd tegen die donkere stam met haar gezicht in de bontkraag van haar mantel gedoken en half verscholen onder de donkere rand van dat leuke klokhoedje. Allemaal erg raadselachtig. Na een lange stilte met en tal van andere dingen.
Ik knikte en deed mijn ogen dicht.
Ik luisterde hoe het water zachtjes
het zijn de kleine dingen.
De avondlucht tintelde
Alle zaken hebben gaten in de logica
Toen ze steeds meer ver-
vaagde in het donker, nam ik een besluit. Ik zou haar alles vertellen.
dit... ik dat... altijd maar... eerst ik... net zolang tot...
DE WIND WOEI, de bomen dansten en het paasroranje van de zonsondergang maakte lang-zamerhand plaats voor de kleur van opgepoetst tin. Ik vond het angstaanjagend dat de avondlucht precies hetzelfde voelde als acht jaar geleden, de laatste keer dat ik me op deze gewijde grond had gewaagd.
Mijn vin-
gers gleden over de acht verse streepjes, nog wit en kleverig van het boomsap.
Raadselachtig.
Ik ging harder zwemmen. Mijn longen brandden. Ik kreeg wat water binnen en tastte met gestrekte armen in het duister tot ik het trapje gevonden had. Ik greep het beet, hees me-zelf omhoog en klauterde het water uit.
Het kostte me tien minuten om er te komen. Het huisje verkeerde in opvallend goede staat. Het plafond en de muren waren intact, hoewel er van het houten trapje naar de voordeur weinig meer over was dan een hoop splinters. Klimplanten, mos en een mengeling van be-groeiing waarvan ik de naam niet wist, omringden het, kropen door gaten en ramen en hadden het huisje zo opgeslokt dat het een natuurlijk onderdeel van het landschap leek.
Hoe ik me overigens ook aan de barsten in de muur erger. Maar toch verlang ik soms zo erg, zou ik soms zo heel graag willen dat het bij ons was als bij Ellen of Elise. Of zó, als je soms in boeken leest.
Op dat moment werkte ik als chef bij een groente-afdeling.
Er staan grootse dingen op stapel in de perfectie. De technologie is er
— Natuurlijk niet ! Ik ben een fatsoenlijke burger, mevrouw ! Ik ben advokaat en ik betaal mijn belastingen en het is een schande dat ik op deze manier wordt behandeld ! Ik zal...
‘Even voor alle duidelijkheid,’ zei Carlson. ‘Ik geloof geen woord van wat je zojuist hebt gezegd. Is dat duidelijk?’
‘Glashelder,’ zei Hoyt.
Er ritselde iets onder zijn voet.
(We horen Bob, opnieuw aan de telefoon. Het geluid van de golven is er nog altijd.)
,Is het een meisje?’
Zo gemakkelijk als het trappenlopen ging, zo
moeilijk zou het zijn door de voordeur heen te
komen.
In uw geval zijn dat
de neven en nichten.
een uitvinding van vrouwen die niet
van lezen houden
Hij hoorde haar nog toen hij in het midden stond van een hoge en ruime kamer waar zich veel apparaten en meubelen bevonden waarvan hij de functie niet kon peilen, te slechter daar hij de omtrekken nauwelijks kon onderscheiden vanwege de heersende schemer. Het waren maar armzalige hanen die in de zeepbomen in de tuinen van rode, modderige klei bij de negerhutten zaten, maar toch riepen ze als verloren zielen naar elkaar. Het deed haar denken aan de tijd
In de verte hoorde ik een ganzenfamilie snaterend landen op het meer. ‘Wat wilt u van me?’ vroeg ik.
‘Geen ene moer,’ zei hij, nog altijd glimlachend.
Dat was te veel. Het meisje sloeg haar handen voor haar gezicht toen hij plotseling op een lumineus idee kwam.
Op een dag kocht ik bij een uitdrager
een oude ladenkast.
Ik hoorde een krakend geluid. Toen ik omkeek, zag ik iets waardoor de angst me om het hart sloeg.
Zonlicht.
Met blijdschap geven wij
kennis van de geboorte
van
EEN OLIFANT
een meid in
een maagd in
vertwijfeling.
en enkele van de zeer twijfelachtige antropomorfen (die
aan de praat met twee aantrekkelijke vrouwen van veertig.
Ze klaagden over hun saaie mannen.
Goed, ze dragen
witte
tafelmanieren
‘Ik beweeg me niet zo in paardenrenkringen,’ zei ik.
Maar dat verklaarde niets.
WAT STELLEN WIJ VOOR?
En wat doet ze in
hemelsnaam in Mexico?
Op een dag wordt u wakker
Het grote bewogene en tragische van het
menselijk leven in een boeiende geschiedenis.
de stad
wacht stilte
streep is terug
Plotseling
berg zwart
Lange rijen steriele
bakken, blauwig
hoogland
Schapen vervangen
het eeuwige vuur
Niks grijstinten.
Toch lieten tientallen toeristen
zich verleiden.
Mensen zijn
DIEREN
‘Nee,’ zei ik.
‘Weet u dat zeker?’
‘Ja.’
Zoals ik al zei, ik vel geen oordeel. Maar ik observeer wel.
Dat was de gelukkigste tijd van haar leven.
Ik heb een foto van dat meisje in mijn tas
DANK JE, LIEVELING
DIT VERHAAL BEGINT ALS ZOVE-
LE ANDERE, NA EEN ONGELUK.
Ik heb het allemaal meegemaakt toen het daar de moment voor was en heb niet het gevoel dat ik iets gemist heb.
Alles wat ze zei was waar. Tot voor
“Ik ga gauw
trouwen,” zei
ze kalm
kort had ik er niets eens aan gedacht
Mogelijk
doar haar ongedurigheid en haar ongeduld om
tot iets te komen.
O ironie. De hoop van alle Vrouwenlach.
Soms leek ze
hevig verliefd
op mij...
HET WAS DONKER
door het zwart
De man met de bruine overjas stond er nog steeds.
Ik weet
ook wel
dat het
niet uit te
leggen is
Daardoor begrijpen we maar half of hele-
maal niet wat er aan het gebeuren is
4
Ook de dag daarop gebeurde er niets.
Hij had maar een sprankje van die allergrootste liefde in zich gekregen, die liefde zonder baatzucht, zonder eigendunk, die over allen wordt uitgestort en die zo weinigen kunnen vinden.
De avond was nu echt gevallen en lag als een deken over het keurig onderhouden gazon. De krekels sjirpten een mooie melodie, alsof de superrijken zelfs daar invloed op hadden.
— Voorzichtig ! hijgde ze. Ik ken je,
Hij was klein, dik en een beetje vreemd, zo leek het. Of hield hij toch nog meer van zichzelf?
wind, niet ver van de straat
Bobs stem (off rechts) : <<>>
Sam : <<>>
Bob : <<>>
Naast hem lag de waterkoker, op de zachte lenteschimmel. In sommige dozen zaten oude kleren.
De drukkende, gespannen stilte in de kamer werd enkel verbroken door de trage, snuivende ademhaling van mevrouw Oester.
De Japanse moet een nietig plantje zijn. Het blad, dat nog sterker geurt als de kniehoge struiken eind april wegdrijven. Moeilijker dan het lijkt, het wilde nachtleven.
ik liet twee
mannen in de steek
En nu fijn de dekbedden luchten.
De ivoornavelspecht
is niet dood
De kleine borden
wasser en ik
wij zullen samen
leren genieten
zacht en grimmig
Lang geleden was de wereld een paradijs. De leeuw en het lam leefden in vrede samen, overal was liefde en hij had een geweldig plan van aanpak. Warm houden. Het zou zonde zijn.
Tussen haakjes, wist u dat?
KORT, MAAR KRACHTIG: nee!
Daar heb je het al.
WEER EEN MEISJE dat op het punt stond mijn hart te breken.
Ze had bruine ogen, kroeshaar en een brede glimlach.
Ik onderdrukte
een beetje m’n
enthousiasme
Het fruit bleef onaangeroerd.
Beenbreek is een lelie en
wel een heel mooie
Zachte huid,
ranke rondingen.
Een glimlach,
het leven.
Men kan niet zeggen dat ze onverschillig is
voor de reacties van degenen tegen wie ze het
heeft.
Nee, natuurlijk niet. Ik ben niet achterlijk.
Sterren houden hun lippen
zelden in heesters
op elkaar
en
de heesterslak kruipt
van kosmisch
schaamteloos schuim
bruut !
Ons hele huis ademt
van rund en pruimen
En ik slaap als een slak langs het aquariumglas.
‘Ik vind het prachtig,’ zei de senator. ‘Maar hoe denkt u het fort te bemannen?’
Tout
dans
le décor
Zelfs Heracles
is een exoot
trage
OASE VOOR
de moderne tijden.
Het woord zelf betekent ‘iedereen’
“Stil maar... huil maar niet
Ga maar slapen, kindje lief.
Wanneer je wakker wordt zul je zien
Dat je mooie paardje op je wacht.”
Wanneer kometen, zoals deze, in de lucht versche-
nen, werden de mensen uit de oudheid erg bang.
NIET TE GELOVEN
opnieuw in de wachtkamer
waar de runderen leven
de juiste stand van het hoofd is
moeilijk vast te stellen
‘JE BENT TE LAAT!’ schreeuwde de fotograaf.
De trots straalde van zijn gezicht.
Haar huid was warm en nat aan stromend vocht. Hoe raar
kan het soms lopen in het leven?
Ze sprong razendsnel
in haar eigen bedje
honderden
momenten zijn voorbij voor u ’t weet. En vooral:
jonge
meiden blijken vaak doodsbenauwd te zijn
voor de kolossale runderen en mijden daarom wan-
delingen door de natuur.
Het is net zoiets als dromen, denk ik.
“Kssst... weg daar!” schreeuwde Eve-
line. “M’n hemel... hij staat tegen een
schilderij te plassen!”
De pendelzweefvlieg
en de vrouw met de
boodschappentas
uren later in een zwoele maar druile-
rige nacht als altijd
(off) : <<>>
(off): <<>>
(off) : <<>>
‘Nee, dat is toch niet wat je zoekt, hè? Ik hou
meer van een goede begeleiding. Ik wil wat berei-
ken, ik heb nog zo veel plannen.’
Hij keek haar strak aan en zag hoe haar licht gebronsde wangen rood werden onder zijn blik en hoe haar vingers beefden toen ze de slakroppen op het gras lei. Een spinneweb, even verborgen voor de brievenbus, deed zijn hart onder zijn pyjama van vreugde kloppen. Nog juist op tijd zag hij de vertrouwde bel.
Thans sprak zij tot hem als was nog infantiel.
Weet je, ik zie het zelf als een soort roeping. Het moet in je zitten, meer respect voor Jezus hebben. Omdat hij niets te vertellen heeft, maar eindigt zoals hij begon: nikszeggend.
Dat in geen geval! Maar als er tegenin ga, doet hij het juist.
Ze kreeg opeens een vernufitg idee. De runderen worden vervangen door schapen en heidekoeien.
Ze leunden achterover en zagen de dollars.
Antwoorden op vragen
God is
niet goed
een klein,
grijsgroen grasje
overal oogjes
in het gras
meer niet
niet meer
Je wilt ’s ochtends graag
Grote en kleine zorgen
Net als veel mannen gedurende de warme zomer
verdwijnen als je
ouder wordt
met je ogen dicht
Vraag onze kalender vol aktiviteiten.
Hij wordt u gratis toegezonden.
Wolvengehuil en andere muziek
Het gaat
NIET over
met de
jaren
Luister, weet jij wat het kengetal voor Tulsa is ? (pauze) Tulsa, ja. (pauze) O.K. Goed. (pauze) Ja. Dat is o.k. Ik heb het niet meteen nodig. (pauze) O, heb je dat gedaan ? (pauze) Een paar mensen dus maar ? (pauze) Nu ja, wat heet “een paar mensen”? (pauze) Dat zijn er meer dan een paar. (Hij lacht) Ja, maar dat is nu precies wat je “een paar mensen” noemt. (pauze) Ach. Ik weet het niet. Kijk, ik moet er over nadenken – zien.
Het gewone is genoeg
Wat heeft
het lijf? niets
Een rode macht
Als je de eenzaamheid
de jacht op zijn seizoen
zonder groen, maar niet zonder
smaragd
ook daar
ben je niet
Het mysterie van Venus
‘Neem de auto,’ smeekte ze.
Mogen wij even
Vader wil
glanzende
vrouwen
Van belang is bovendien hoe
oud u en uw broers zijn. Je moeder?!!
“Mijn moeder bleek zich ook te hebben
gemeld.”
Ik voelde een diepe, harde dreun in mijn hart. Het was een wrede,
donkere wereld
van krip en bombazijn
Slechts twee procent van
de eieren levert ook daadwerkelijk een
nieuwe krokodil op.
er is nauwelijks
verleden
Als hij haar
ergens laat
liggen
Hieruit ontstonden levensstijlen die op een
merkwaardige wijze van elkaar verschillen.
Au bain, Marie!
Lik de voetjes
Jij begrijpt mij. Samen kunnen
we andere mensen helpen!
Als ik nu sterf
eten geeft je
een sexy
uitstraling
<>
Maar liefde laat zich niet dwingen...
Ze knikte afwezig.
misschien moet
mijn luchtballon
blijven in een
lichtpunt
Je zult me
nooit meer in
de weg lopen
De boomtoppen leken in brand te staan.
‘Niet te geloven dat we dit nog steeds doen.’
Als je voor het eerst in het leven
een afgeknotte
gaper vindt
en verroeste ruïnes van wat ooit schommels, klimrekken
geweest waren.
Maar toen... toen was het dat zijn adem een moment stokte en hij al het andere vergat. Want het meisje dat hem vier jaar geleden zo weinig aantrok, was een ware schoonheid geworden. Dat ene moment toonde hem een volslank, goed gebouwd lichaam in een eenvoudig mosgroen japonnetje en de schittering van een enkel sieraad aan hals en handen. Doch wat hem trof en boeide in een nooit gekende ontroering, dat was haar gaafblank gezichtje met de stralende ogen onder een overvloed van zwaar roodbruin haar en de klank van een zachte, beschaafde stem. Zij leek hem mooier en zuiverder dan alle vrouwen.
Hij stapte op
haar af en
Hij keek naar het kostershuis en naar zijn hoeve en hoger nog, naar de strakke, grijze lucht.
‘Hoe kun je,’ bracht ze uit.
Hij hoorde dat ze aan schreien toe was.
Dat liever niet, dacht hij. Geen tranen en geen scènes hier.
Was toen die melancholie al in haar geest ontstaan?
Hij (/liefdesnest),